maandag 2 februari 2015

Kruiden, planten en bomen: De Beuk

Beuk (Fagus sylvatica) (Vrouwelijk)


De beuk is een boom die mij aanspreekt. Het bos bij de Loenense waterval (bij Apeldoorn) heeft een sfeer en uitstraling waar ik mij fijn bij voel. En laten daar nu toevallig heel veel beuken staan. Ook in andere bossen en parken is de beuk een boom die mijn aandacht trekt. Tijd om er eens iets over op te zoeken.

Ik had trouwens gedacht dat de beuk een mannelijke boom zou zijn, die uitstraling had het op mij. Het blijkt echter een vrouwelijke boom te zijn.

Uiterlijk
De beuk is een boom die zo’n 20 tot 50 meter hoog kan worden.
De stam is grijsgroen van kleur, blijft tot op hoge leeftijd glad en kan een omtrek van 10 meter krijgen.
Wanneer de boom in een bos staat, zie je vaak een lange, rechte stam waarboven zich het kroondeel bevindt. Vrijstaande beuken ontwikkelen juist vaker een regelmatig gevormde, haast ronde kroon en de stam splitst zich dan op een paar meter hoogte in twee even grote, recht opgaande takken.
De twijgen zijn glanzend lichtbruin en hebben smalle, spitse, roodbruine knoppen die 2 cm lang kunnen worden.
De bladeren kunnen tot 10 cm groot worden en zijn eirond met een ondiep gekartelde rand. De bladeren verschijnen in de lente, samen met de katjes. Eerst zijn de bladeren nog doorschijnend lichtgroen, rimpelig en zijdeachtig behaard. Later worden ze glanzend donkergroen en in de herfst krijgen ze een mooie goudbruine tint. Ook iets dat mij zeker aanspreekt in de beuk. Zelfs nu, in de winter, kan je beuken herkennen aan het grote, goudbruine kleed van afgevallen bladeren dat om de stam heen ligt.
De beuk bloeit vaak pas op de leeftijd tussen 40 tot 60 jaar en dan ook maar eenmaal per vijf of acht jaar. De bloemen verschijnen gelijk met de bladeren in de lente en zijn groen van kleur. Beuken hebben of alleen mannelijke bloemen (naar beneden hangende katjes, die bestaan uit kleine roodbruine, klokvormige bloemetjes met 4 of meer meeldraden) of alleen vrouwelijke bloemen (deze zitten bijeen in een bekervormig omhulsel dat later leerachtig of houtig wordt). De vrouwelijke bloemen ontwikkelen zich tot de ons bekende beukennootjes.
Een beuk wordt in Nederland meestal zo’n 200 tot 300 jaar oud, maar kan elders zelfs 1000 jaar worden.
Je vindt de beuk op voedselrijke, vochtige grond, in gemengde bossen en parken. De beuk houdt van een koel, regenrijk klimaat en komt daarom voor in West- en Midden-Europa.

Gebruikte delen
De jonge blaadjes, maar ook schors en hars.

Verwerking
Van de bast kan je in februari oogsten van twee- tot driejarige takken. Deze schors kan je (schoongeveegd, maar niet gewassen) drogen en hiervan een aftreksel maken.
Jonge blaadje kan je oogsten in april en mei en gebruik je vers in bijvoorbeeld een voorjaarssalade.
Beukennootjes zijn te oogsten in september en oktober.

Werkzame bestanddelen
De bladeren bevatten flavonolglycosiden, looistoffen of tanninen, vitamine C en etherische oliën.
De nootjes bevatten vooral globuline, vette olie, cyanide, tanninen en was.
De schors bevat vooral looistoffen, suberine, glycovanilline en harsen.
Het hout bevat vetzuren, sterolen, fenolen, creosoot en guajakolie.

Toepassing
Het blad van de beuk heeft een bevorderende werking op de spijsvertering en wekt de eetlust op.
Beukenbladeren kan je ook gebruiken als verkoelend en pijnstillend middel voor omslagen bij hete zweren.
De schors wordt medicinaal ingezet bij darmparasieten, diarree, huidziekten en reumatische pijnen, maar ook bij mondproblemen, koorts en longaandoeningen.
De as van beukenhout heeft een ontstekingsremmende en ontsmettende werking.
Mogelijk kan je de beuk ook gebruiken bij nierstenen, om de nieren te activeren en de urineproductie te verhogen, evenals bij waterzucht en gevolgen van een shock. Wel onderdeel van de beuk je hiervoor nodig hebt, heb ik niet kunnen achterhalen.

Gebruik
Van de bast kan je een aftreksel maken door het 15 minuten te koken in water (hoeveelheden afhankelijk van doel).
Van de jonge bladeren kan je gebruiken in salade, likeur en in cosmetica.
De nootjes kan je gebruiken als olie of als meel in brood en gebak.

In de keuken
Van de beukennootjes zou je meel of olie kunnen maken, maar dat lijkt me veel werk.
Eerder zou ik de nootjes geroosterd toevoegen aan diverse gerechten.
Van de jonge blaadjes kan je een gezonde salade maken. Het schijnt dat je ze ook met andere kruiden kan toevoegen aan yoghurt of kwark.

Bijwerkingen en contra-indicaties
Beukennootjes bevatten een klein beetje giftig blauwzuur (cyanide). Niet handig dus om ze vers in grote hoeveelheden te eten en ook niet aan dierenvoedsel toevoegen (het darmslijmvlies kan beschadigd raken). Door ze te roosteren wordt het gif echter verwijderd. Je kunt ze ook een weekje laten drogen om de cyanide te verwijderen.

Waarvoor ik het gebruik
Tot nu toe heb ik de beuk nooit gericht gebruikt. Alleen wat gesnoept van de (verse) nootjes.
Het lijkt me leuk en gezond om eens een salade te maken met jonge beukenbladeren.
De nootjes verwerken voor de olie of er meel van maken lijkt mij iets te veel moeite.
Verder zal de toekomst leren of ik de verdere kennis ook daadwerkelijk in de praktijk zal brengen. Echter staat het mij wat tegen om schors van een boom te halen. Dit mag alleen met zorg gebeuren, vind ik.


Groetjes, Esther

Geen opmerkingen:

Een reactie posten