Ik zit nu wel achter de laptop om een blog te schrijven, maar eigenlijk heb ik daar nog helemaal geen zin in. Ik zit nog helemaal met mijn hoofd bij de vakantie, die nu toch echt voorbij is.
De koffers zijn uitgepakt, de badkamervloer wordt weer langzaamaan zichtbaar nu de meeste was is weggewerkt en Freek gaat morgen weer aan het werk (al heeft hij daar totaal geen zin in).
Buiten is het koud en guur, toch zouden we het liefst met een fleecetrui en een beker thee onder onze luifel zitten voor de tent.
Het is jaren geleden dat we zo’n heerlijke vakantie hebben gehad. Waarschijnlijk is het zelfs de beste vakantie ooit. Oké, we hadden af en toe een bui en de eerste week was het niet altijd even warm, maar over het algemeen hebben we het meestal droog gehad en elke avond konden we buiten eten.
Bob, Rick en Ayla hebben zich vanaf de eerste minuut vermaakt met de andere kinderen op ons veldje. En het is bekend: wanneer de kinderen het goed hebben, hebben de ouders het ook naar hun zin.
Ook Freek en ik hadden al snel leuk contact met de gezinnen op ons veldje. Friezen aan de overkant en een gezin uit Drenthe naast ons. Beiden bleven, net als wij, drie weken en de laatste twee weken kwam er nog een gezin uit Friesland, die zich er probleemloos bij voegde.
Drie weken lang hebben we het geweldig gehad. Samen barbecueën, een zeepglijbaan maken van dekzeilen, wateroverlast te lijf gaan, een waterballonnengevecht.
Drie weken zo dichtbij – zowel letterlijk als soms ook figuurlijk. Het is moeilijk te beseffen dat we nu zo ver uit elkaar zitten.
Er wordt al over gesproken om het volgend jaar nog eens over te doen met het grootste deel van deze groep. Is dit grootspraak of wordt het realiteit?
Ik ben benieuwd.
Groetjes, Esther