Je leest/hoort wel eens dat je werk een belangrijk onderdeel vormt van je sociale contacten. En dat, wanneer je stopt met werken, je sociale leven dan ook een stuk minder wordt. Maar is dat wel zo?
Bij mij lijkt het heel anders te werken.
Sinds ik gestopt ben met werken is mijn agenda vol met afspraken.
Ik word uitgenodigd voor verjaardagspartijtjes, waar ik hiervoor niet kwam.
Ik ontmoet nieuwe mensen (allemaal vrouwen, trouwens) met wie het zo goed klikt dat hier allerlei afspraken uit voortkomen.
Met een aantal van deze nieuwe mensen (die elkaar allemaal kennen doordat ze allen bevriend zijn met één heel lieve vrouw) kom ik regelmatig een avondje samen. We plannen een kledingruilparty, een high tea of (binnenkort) een avond om een herfststuk te gaan maken.
Morgenavond ga ik voor het eerst sinds tijden naar de bioscoop. Niet met Freek – mijn echtgenoot – maar met een vriendin. Ik wil namelijk naar de film “Eat, pray, love”, niet echt een film voor Freek en een vriendin wilde graag met mij mee.
Afgelopen maandag ben ik bij een workshop “schrijven van een boek” geweest. Heel interessant en waarschijnlijk ga ik ook een cursus doen van zes lessen vanaf januari. Dat betekent dat ik dan weer zes avonden niet thuis ben. Bovendien heb ik bij de workshop ook weer een leuke vrouw ontmoet en wie weet leidt dit tot af en toe e-mailcontact.
Daarnaast volg ik sinds dit schooljaar elke maandag yogalessen, terwijl ik al jaren niet meer structureel aan sport heb gedaan in clubverband. Ik wandel(de) en fiets(te) wel regelmatig, maar één keer in de week naar een plek (sportvereniging, sportschool, buurthuis of zo) om te sporten, dat is zeker tien jaar geleden.
Door al deze sociale contacten en afspraken komt het regelmatig voor dat ik ’s avonds niet thuis ben.
Toen ik nog werkte, was ik bijna altijd ’s avonds thuis. Het was niet dat ik niet weg wilde, maar het gebeurde gewoon niet. Oké, ik ging (en ga nog steeds) af en toe uit eten met drie oud-studiegenoten. En ik ging wel eens bij een vriendin langs. Maar over het algemeen was ik dus thuis. Het is voor mij, maar vooral ook voor Freek wennen dat ik niet meer zo vaak thuis ben.
Het lijkt wel, nu ik gestopt ben met werken en mijn eigen tijd kan bepalen, ik mijzelf de ruimte gun om andere mensen te ontmoeten. Er komen ook allemaal leuke mensen op mijn pad – waren die er altijd al of sta ik nu pas open voor nieuwe contacten? En met bestaande vriendinnen kan het contact aangescherpt worden, zoals bijvoorbeeld morgenavond samen naar de bioscoop en binnenkort hopelijk langs bij een vriendin om eindelijk weer eens bij te kletsen.
Mijn agenda is nog nooit zo vol geweest. Het is soms gewoon lastig om een afspraak te maken, zeker omdat de agenda’s van vriendinnen net zo vol lijken te zijn. En ik natuurlijk ook nog regelmatig thuis wil zijn om lekker thuis te zijn. Want ook dat blijft heerlijk.
Nou, ik vind het heerlijk.
Ik geniet nog steeds van het niet meer werken.
En ik geniet van het gezellig samen zijn, met iedereen om mij heen.
Liefs, Esther
Geen opmerkingen:
Een reactie posten